… / Nederland / Nederlandstalige rapporten / Marteling der Armeniërs in Turkije
Marteling der Armeniërs in Turkije
Het uitgebreide en gedetailleerde rapport Marteling der Armeniërs in Turkije werd in februari 1918 uitgegeven door het Nederlandsch Comité tot hulpbetoon aan de noodlijdende Armeniërs en is een Nederlandse bewerking van het Duitse rapport Bericht über die Lage des Armenischen Volkes in der Türkei dat in de zomer van 1916 in Duitsland was uitgegeven door Johannes Lepsius, een Duitse theoloog en oriëntalist.

Deel van boekomslag van het rapport "Marteling der Armeniërs in Turkije". (Bron: Koninklijke Bibliotheek)
Lepsius had al eerder in 1896 een uitvoerig rapport uitgebracht over de pogroms die in de periode 1894-1896 tijdens het bewind van sultan Abdoel Hamid II tegen Armeniërs plaatsvonden. Dit rapport, Armenien und Europa: eine Anklageschrift wider die christlichen Großmächte und ein Aufruf an das christliche Deutschland, is in 1897 in Nederland uitgegeven onder de titel Armenië en Europa: een schriftelijke aanklacht.
Johannes Lepsius was in de zomer van 1915 naar Istanboel afgereisd naar aanleiding van een telegram van de Duitse ambassadeur in Istanboel Hans von Wagenheim over nieuwe vervolgingen van Armeniërs dat hem door het Auswärtigen Amt, het Duitse ministerie van buitenlandse zaken, was voorgelegd. In Istanboel heeft hij onder andere contact gehad met de Amerikaanse ambassadeur Henry Morgenthau en de Armeense patriarch, de geestelijke en wereldlijke leider van de Armeniërs in het Ottomaanse Rijk, en heeft naar aanleiding van dit verblijf via zijn netwerk ooggetuigenissen en data verzameld waar het rapport Marteling der Armeniërs in Turkije uit is samengesteld.
Het rapport werd in Duitsland, bondgenoot van het Ottomaanse Rijk tijdens de Eerste Wereldoorlog, meteen na publicatie door de militaire censuur verboden en Lepsius vluchtte uit angst voor vervolging door de Duitse overheid naar het neutrale Nederland. In Nederland heeft Lepsius zich onder andere ingezet om bekendheid te geven aan de vervolging van Armeniërs en andere christenen en heeft hulpacties geïnspireerd in Nederland en Scandinavië. Lepsius' naam staat niet vermeld als auteur in Marteling der Armeniërs in Turkije omdat het Duitse gezantschap in Nederland hem verboden had in het openbaar activiteiten te ontwikkelen met betrekking tot de vervolging van Armeniërs en is daarom uitgegeven in naam van het Nederlandsch Comité tot hulpbetoon aan de noodlijdende Armeniërs.
Het comité bestond uit 22 leden die behoorde tot de Nederlandse elite, waaronder diverse leden van de Eerste en Tweede Kamer en zelfs een Minister van Staat. Opvallend is ook de aanwezigheid van het Eerste Kamerlid Van der Does de Willebois, een neef van de toenmalige Nederlandse gezant in het Ottomaanse Rijk. De deelname van actieve politici aan het comité, in een tijd dat het neutrale Nederland zich nog steeds in allerlei bochten moest wringen om niet in conflict te komen met de oorlogvoerende landen, maakt duidelijk dat de uitroeiing van Armeniërs al voor het einde van de Eerste Wereldoorlog een internationaal geaccepteerd feit was.
Het rapport werd begeleid werd door een introductiebrief waarin werd verzocht om financiële steun. Bij het rapport waren bonnen gevoegd die welgestelde Nederlanders konden retourneren aan het comité. Van het ingezamelde geld werden hulpgoederen gestuurd naar Armeniërs die de deportaties overleefd hadden.
Inhoud
Titelpagina en woord vooraf ›››
Eerste deel: de deportatie ›››
Tweede deel: het lot der weggevoerden ›››
Derde deel: het karakter der gebeurtenissen ›››
Statistiek van de Armenische bevolking in Turkije ›››
Inhoudsopgave ›››
Gerelateerde krantenartikelen
-
De vernietiging van een volk
Nieuwe Rotterdamsche Courant, 26 mei 1917
-
Het stervende Armenië
Algemeen Handelsblad, 1 juni 1917
-
Hulp voor het Armenische volk
Nieuwe Rotterdamsche Courant, 13 september 1917
-
Hulp voor het Armenische volk
De Tijd, 13 september 1917
-
Hulp voor de Armeniërs
De Telegraaf, 13 september 1917
-
Voor de Armeniërs
Algemeen Handelsblad, 14 september 1917
-
Hulp voor het Armenische volk
Leeuwarder Courant, 14 september 1917
-
De Turksche Legatie deelt ons mede:
Nieuwe Rotterdamsche Courant, 16 september 1917
-
Mr. G.G. v.d. Hoeven als Leugenaar
De Tribune, 18 september 1917
-
Voor de Armeniërs
Algemeen Handelsblad, 19 september 1917
-
Ingezonden stukken: Armenië
Nieuwe Rotterdamsche Courant, 3 oktober 1917
-
Hulp voor het Armenische volk
De Telegraaf, 6 oktober 1917
-
Hulp voor het Armenische volk
Algemeen Handelsblad, 13 november 1917
-
Kerknieuws
Nieuwe Rotterdamsche Courant, 26 februari 1918
-
Lezing over Armenië
De Telegraaf, 27 februari 1918
-
Hulp voor het Armenische volk
Algemeen Handelsblad, 2 maart 1918
-
Voor het Armenische volk
De Telegraaf, 2 maart 1918
-
Hulp voor het Armenische volk
De Telegraaf, 8 april 1918
-
De tragedie der Armeniërs
Algemeen Handelsblad, 18 mei 1918
-
Hulp voor de noodlijdende Armeniërs
De Telegraaf, 5 december 1918
-
Hulp voor Armenië
Tilburgsche Courant, 7 december 1918
-
Voor Armenië
Het Centrum, 8 juli 1919